Verslag Eerste Kamer 16 December - Oldtimers
Geplaatst: wo 18 dec 2013, 01:00
Er is een verslag van de vergadering van de Eerste Kamer van 16 December beschikbaar op: [www.eerstekamer.nl]
Ik heb even de oldtimer gerelateerde stukken geknipt en geplakt:
Quote
Essers (CDA)
Succesvolle faciliteiten vormen grote risico's voor de schatkist; vergelijk de regeling voor energiezuinige auto's. Bovendien is de effectiviteit van dergelijke maatregelen moeilijk te meten.
Afschaffen van dergelijke regelingen stuit vaak op groot onbegrip van de betrokkenen, zoals we thans weer meemaken met de oldtimerrijders. Wat dat betreft wordt ook vaak de betrouwbaarheid van de overheid in de discussie betrokken. Dat is nu ook het geval bij de motortrijtuigenbelastingregeling van de oldtimerrijders. We vragen de staatssecretaris om nog een keer in te gaan op het mogelijk opgewekte wantrouwen bij deze categorie belastingplichtigen. Er zouden niet op zo'n korte termijn zo veel wijzigingen in de regeling moeten worden aangebracht.
Van Strien (PVV)
Zo hebben wij een grote groep liefhebbers van techniek, die graag zelf aan hun auto sleutelen, en voor zover ze dat niet zelf doen een hele bedrijfstak in stand houden. Ik heb het over de oldtimerbezitters die een wezenlijk stuk cultureel erfgoed in stand houden. Ook deze groep wordt weer het slachtoffer van een zigzagbeleid. Ik denk dat de stortvloed aan brieven die ons op dit onderwerp bereikt heeft, vooral veroorzaakt is door dit weinig consequente zigzagbeleid. Iedereen is bereid om belasting te betalen, maar absurde onbegrijpelijke sprongen daarin worden gewoonweg niet gewaardeerd. Daarom dien ik op dit laatste punt een motie in.
Motie van Strien
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat de regering voornemens is de vrijstelling motorrijtuigenbelasting voor oldtimers per 1 januari 2014 alleen nog te verlenen voor voertuigen van 40 jaar en ouder;
overwegende dat alleen voor benzineauto's van 25 tot 40 jaar een "overgangsregeling" is getroffen, terwijl eigenaren van diesels en lpg-auto's direct het volle pond moeten gaan betalen;
overwegende dat de regering zich hierbij heeft laten leiden door de door haar ongewenste import van oldtimers;
overwegende dat door deze lastenverzwaring de oldtimerbranche grote schade wordt toegebracht, inclusief het verlies aan werkgelegenheid en het verlies aan rijdend cultureel erfgoed;
verzoekt de regering om voor oldtimers die rijden op diesel en lpg en aangeschaft zijn vóór 1 november 2013 eveneens een overgangsregeling te treffen,
en gaat over tot de orde van de dag.
De Lange (OSF)
Als er iets in de belastingplannen voor 2014 tot een enorme stroom reacties van de burgers heeft geleid, is dat zonder een schaduw van twijfel de voorgestelde heffing op oldtimers. De oldtimers zijn dit keer nu eens niet de ouderen zelf, maar gedateerde vervoermiddelen. De emoties van de burger variëren van woedend tot bedroefd, van gelaten tot verontwaardigd, en dat valt goed te begrijpen. De voorstellen komen namelijk zo maar uit de lucht vallen, en zijn financieel behoorlijk ingrijpend. De markt voor oldtimers is binnen de kortste keren ingestort, en veel burgers die te goeder trouw een leuke hobby hebben opgebouwd waarin ze jaren lang geïnvesteerd hebben, financieel en emotioneel, zien de waarde van hun gekoesterde bezit geheel onverwacht verdampen uitsluitend door onaangekondigd overheidsingrijpen. Betrouwbare overheid zei u? Zeker niet in de visie van deze aanzienlijke groep gedreven eigenaren van oldtimers.
Dit kabinet haalt als motivering graag het milieuargument van stal. Maar hoe logisch is dat, als de milieueffecten niet zozeer bepaald worden door de leeftijd van de auto, maar veeleer door de staat van onderhoud van de motor? Ligt het niet veel meer voor de hand om belastingheffing dan direct te relateren aan de uitstoot die sowieso regelmatig bij apk-keuringen gemeten wordt? Een dergelijke maatregel is tenminste te begrijpen en zou de betrouwbaarheid en logica van het beleid zeer ten goede komen. Een dergelijke aanpak zou ook consistent zijn met de uitvoering van de motie-Koffeman c.s. (32504, letter I) over het meewegen van duurzaamheidseffecten van fiscale maatregelen. Graag de reactie van de staatssecretaris.
Brocker (VVD)
Een mooi voorbeeld is de vrijstelling van de motorrijtuigenbelasting. Dat is duidelijk weer zo'n voorbeeld waarbij fiscaliteit is ingezet als beleidsinstrument. Dat is in het verre verleden gebeurd. Het uitgangspunt van motorrijtuigenbelasting moet natuurlijk zijn dat deze is gebaseerd op het profijtbeginsel: wie gebruikmaakt van de weg moet daarvoor belasting betalen. De vrijstelling voor oldtimers zoals die ooit is geconcipieerd, is dan ook een belastinguitgave. De Raad van State merkt hierover op dat hiermee terughoudend moet worden omgegaan en mijn fractie onderschrijft dat. Er kan bijvoorbeeld een cadeaueffect optreden als niet duidelijk is of het doel van deze vrijstelling, het behouden van historisch mobiel erfgoed, wordt behaald met handhaving van de vrijstelling. Mijn fractie kan alleen maar constateren dat de hele faciliteit een beetje uit de hand is gelopen, als je kijkt naar het type auto's dat onder de oude regeling gebruik maakte van de vrijstelling. Ik moet zeggen dat dit een beetje is bevestigd door alle auto's, alle oldtimers, die ik vandaag op het Malieveld zag staan. Wij kunnen ook constateren dat deze vrijstelling op een bepaalde manier gewoon een beetje uit de hand is gelopen, met de import van grote aantallen oldtimers. Misschien kan de staatssecretaris daar iets over zeggen. Het enige wat ik daarover hier wil inbrengen is dat dit een vorm van fiscaal instrumentalisme is, terugkijkend naar het verleden, die niet direct het beoogde effect heeft, namelijk het behouden van mobiel historisch erfgoed.
Het precieze effect van afschaffing is daarom evenmin duidelijk. Wat mijn fractie betreft zou bij vergelijkbare maatregelen in de toekomst steeds vooraf de vraag moeten worden gesteld of de fiscaliteit het juiste instrument is om het beleidsdoel te bereiken.
In het kader van de afschaffing van de vrijstelling van de motorrijtuigenbelasting speelt uiteraard ook het punt van bestendigheid van wetgeving. Dat is door andere fracties ingebracht. Dit is het derde en laatste uitgangspunt dat ik hier vandaag aan de orde wil stellen. Burgers en bedrijven moeten in redelijke mate kunnen vertrouwen op het fiscale beleid van de overheid. Als de overheid voortdurend van fiscale koers wijzigt, draagt dat niet bij aan een betrouwbare overheid voor de burgers. Particulieren hebben in het verleden mede op grond van deze vrijstelling een keuze gemaakt om een oldtimer te kopen en hebben daarbij niet de verwachting dat deze vrijstelling plotseling zal worden afgeschaft. Het argument is gehanteerd dat de oldtimers in Nederland die door de maatregelen worden getroffen, daardoor in waarde kunnen dalen en waarschijnlijk zouden enkele particulieren hebben afgezien van de aanschaf van een oldtimer als zij hadden kunnen voorzien dat de vrijstelling zou worden afgeschaft. De overheid moet bestendig beleid voeren, zodat burgers en bedrijven de overheid als betrouwbaar ervaren. Dat is mijn punt hier. Ik denk dat het gebruik van horizonbepalingen bij dit soort maatregelen van uitermate groot belang is.
De heer Reuten (SP): Begrijp ik dan dat senator Bröcker pleit voor een langere overgangsregeling?
De heer Bröcker (VVD): Daar pleit ik niet voor. Ongetwijfeld zal de staatssecretaris opnieuw reageren op de vele opmerkingen die zijn gemaakt. Wij steunen de maatregelen van de regering zoals die voor ons liggen, maar ook in dit specifieke geval pleit ik voor beperking van fiscaal instrumentalisme.
Nagel (50PLUS):
De huidige coalitie met zijn hulptroepen is erop uit om hoe dan ook de financiën rond te krijgen en is weinig geïnteresseerd in wat dit voor individuele burgers betekent. De afgelopen weken zijn de Eerste Kamerleden overstelpt met brieven van bezitters van de zogenaamde oldtimers. Het zijn vaak ontroerende brieven met als harde kern: ons was vrijstelling beloofd, dit is geen betrouwbare overheid. De oude schichten worden bovendien onverkoopbaar. Is het juist dat de vrijstellingsgrens voor oldtimers in de meeste Europese landen niet zoals in Nederland op 30 jaar is gesteld, maar op 40 jaar? Als deze vraag bevestigend wordt beantwoord, ben ik benieuwd hoe dit dan in het Europese denken past.
Van Boxtel (D66)
Tot slot vraag ik de staatssecretaris of hij de behandeling van zijn belastingplan in deze Kamer als een formaliteit beschouwt.
Ik hoop en verwacht dat het antwoord van de minister op deze vraag ontkennend zal zijn. Echter, als de staatssecretaris deze Kamer, haar leden en deze verhandelingen op waarde schat, waarom ontvingen dan de eigenaren van oldtimers keurig een brief met een aangekondigde verhoging onder het beslag van goedkeuring door de Eerste Kamer, en kregen gashandelaren op 6 december jongsleden al de nieuwe accijnstarieven zonder de mededeling dat deze nog niet zijn goedgekeurd door de beide Kamers van de Staten-Generaal? Uiteraard is 1 januari 2014 erg nabij en doet de Belastingdienst er verstandig aan verhogingen tijdig te communiceren. Desondanks was een vermelding dat deze verhoging onder voorbehoud is totdat de Eerste Kamer die ook heeft goedgekeurd, wel op haar plaats geweest.
Er zou vandaag gestemd worden over de motie Van Strien, maar dat lijkt allemaal flink uit te lopen.
Groeten,
Franc.
Defender 90 '85 RHD, groen met nu een gegalvaniseerd chassis, werkeloos....
Range Rover Classic 3.5 V8 '85 LHD, groen sinds kort op Benzine
Ik heb even de oldtimer gerelateerde stukken geknipt en geplakt:
Quote
Essers (CDA)
Succesvolle faciliteiten vormen grote risico's voor de schatkist; vergelijk de regeling voor energiezuinige auto's. Bovendien is de effectiviteit van dergelijke maatregelen moeilijk te meten.
Afschaffen van dergelijke regelingen stuit vaak op groot onbegrip van de betrokkenen, zoals we thans weer meemaken met de oldtimerrijders. Wat dat betreft wordt ook vaak de betrouwbaarheid van de overheid in de discussie betrokken. Dat is nu ook het geval bij de motortrijtuigenbelastingregeling van de oldtimerrijders. We vragen de staatssecretaris om nog een keer in te gaan op het mogelijk opgewekte wantrouwen bij deze categorie belastingplichtigen. Er zouden niet op zo'n korte termijn zo veel wijzigingen in de regeling moeten worden aangebracht.
Van Strien (PVV)
Zo hebben wij een grote groep liefhebbers van techniek, die graag zelf aan hun auto sleutelen, en voor zover ze dat niet zelf doen een hele bedrijfstak in stand houden. Ik heb het over de oldtimerbezitters die een wezenlijk stuk cultureel erfgoed in stand houden. Ook deze groep wordt weer het slachtoffer van een zigzagbeleid. Ik denk dat de stortvloed aan brieven die ons op dit onderwerp bereikt heeft, vooral veroorzaakt is door dit weinig consequente zigzagbeleid. Iedereen is bereid om belasting te betalen, maar absurde onbegrijpelijke sprongen daarin worden gewoonweg niet gewaardeerd. Daarom dien ik op dit laatste punt een motie in.
Motie van Strien
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat de regering voornemens is de vrijstelling motorrijtuigenbelasting voor oldtimers per 1 januari 2014 alleen nog te verlenen voor voertuigen van 40 jaar en ouder;
overwegende dat alleen voor benzineauto's van 25 tot 40 jaar een "overgangsregeling" is getroffen, terwijl eigenaren van diesels en lpg-auto's direct het volle pond moeten gaan betalen;
overwegende dat de regering zich hierbij heeft laten leiden door de door haar ongewenste import van oldtimers;
overwegende dat door deze lastenverzwaring de oldtimerbranche grote schade wordt toegebracht, inclusief het verlies aan werkgelegenheid en het verlies aan rijdend cultureel erfgoed;
verzoekt de regering om voor oldtimers die rijden op diesel en lpg en aangeschaft zijn vóór 1 november 2013 eveneens een overgangsregeling te treffen,
en gaat over tot de orde van de dag.
De Lange (OSF)
Als er iets in de belastingplannen voor 2014 tot een enorme stroom reacties van de burgers heeft geleid, is dat zonder een schaduw van twijfel de voorgestelde heffing op oldtimers. De oldtimers zijn dit keer nu eens niet de ouderen zelf, maar gedateerde vervoermiddelen. De emoties van de burger variëren van woedend tot bedroefd, van gelaten tot verontwaardigd, en dat valt goed te begrijpen. De voorstellen komen namelijk zo maar uit de lucht vallen, en zijn financieel behoorlijk ingrijpend. De markt voor oldtimers is binnen de kortste keren ingestort, en veel burgers die te goeder trouw een leuke hobby hebben opgebouwd waarin ze jaren lang geïnvesteerd hebben, financieel en emotioneel, zien de waarde van hun gekoesterde bezit geheel onverwacht verdampen uitsluitend door onaangekondigd overheidsingrijpen. Betrouwbare overheid zei u? Zeker niet in de visie van deze aanzienlijke groep gedreven eigenaren van oldtimers.
Dit kabinet haalt als motivering graag het milieuargument van stal. Maar hoe logisch is dat, als de milieueffecten niet zozeer bepaald worden door de leeftijd van de auto, maar veeleer door de staat van onderhoud van de motor? Ligt het niet veel meer voor de hand om belastingheffing dan direct te relateren aan de uitstoot die sowieso regelmatig bij apk-keuringen gemeten wordt? Een dergelijke maatregel is tenminste te begrijpen en zou de betrouwbaarheid en logica van het beleid zeer ten goede komen. Een dergelijke aanpak zou ook consistent zijn met de uitvoering van de motie-Koffeman c.s. (32504, letter I) over het meewegen van duurzaamheidseffecten van fiscale maatregelen. Graag de reactie van de staatssecretaris.
Brocker (VVD)
Een mooi voorbeeld is de vrijstelling van de motorrijtuigenbelasting. Dat is duidelijk weer zo'n voorbeeld waarbij fiscaliteit is ingezet als beleidsinstrument. Dat is in het verre verleden gebeurd. Het uitgangspunt van motorrijtuigenbelasting moet natuurlijk zijn dat deze is gebaseerd op het profijtbeginsel: wie gebruikmaakt van de weg moet daarvoor belasting betalen. De vrijstelling voor oldtimers zoals die ooit is geconcipieerd, is dan ook een belastinguitgave. De Raad van State merkt hierover op dat hiermee terughoudend moet worden omgegaan en mijn fractie onderschrijft dat. Er kan bijvoorbeeld een cadeaueffect optreden als niet duidelijk is of het doel van deze vrijstelling, het behouden van historisch mobiel erfgoed, wordt behaald met handhaving van de vrijstelling. Mijn fractie kan alleen maar constateren dat de hele faciliteit een beetje uit de hand is gelopen, als je kijkt naar het type auto's dat onder de oude regeling gebruik maakte van de vrijstelling. Ik moet zeggen dat dit een beetje is bevestigd door alle auto's, alle oldtimers, die ik vandaag op het Malieveld zag staan. Wij kunnen ook constateren dat deze vrijstelling op een bepaalde manier gewoon een beetje uit de hand is gelopen, met de import van grote aantallen oldtimers. Misschien kan de staatssecretaris daar iets over zeggen. Het enige wat ik daarover hier wil inbrengen is dat dit een vorm van fiscaal instrumentalisme is, terugkijkend naar het verleden, die niet direct het beoogde effect heeft, namelijk het behouden van mobiel historisch erfgoed.
Het precieze effect van afschaffing is daarom evenmin duidelijk. Wat mijn fractie betreft zou bij vergelijkbare maatregelen in de toekomst steeds vooraf de vraag moeten worden gesteld of de fiscaliteit het juiste instrument is om het beleidsdoel te bereiken.
In het kader van de afschaffing van de vrijstelling van de motorrijtuigenbelasting speelt uiteraard ook het punt van bestendigheid van wetgeving. Dat is door andere fracties ingebracht. Dit is het derde en laatste uitgangspunt dat ik hier vandaag aan de orde wil stellen. Burgers en bedrijven moeten in redelijke mate kunnen vertrouwen op het fiscale beleid van de overheid. Als de overheid voortdurend van fiscale koers wijzigt, draagt dat niet bij aan een betrouwbare overheid voor de burgers. Particulieren hebben in het verleden mede op grond van deze vrijstelling een keuze gemaakt om een oldtimer te kopen en hebben daarbij niet de verwachting dat deze vrijstelling plotseling zal worden afgeschaft. Het argument is gehanteerd dat de oldtimers in Nederland die door de maatregelen worden getroffen, daardoor in waarde kunnen dalen en waarschijnlijk zouden enkele particulieren hebben afgezien van de aanschaf van een oldtimer als zij hadden kunnen voorzien dat de vrijstelling zou worden afgeschaft. De overheid moet bestendig beleid voeren, zodat burgers en bedrijven de overheid als betrouwbaar ervaren. Dat is mijn punt hier. Ik denk dat het gebruik van horizonbepalingen bij dit soort maatregelen van uitermate groot belang is.
De heer Reuten (SP): Begrijp ik dan dat senator Bröcker pleit voor een langere overgangsregeling?
De heer Bröcker (VVD): Daar pleit ik niet voor. Ongetwijfeld zal de staatssecretaris opnieuw reageren op de vele opmerkingen die zijn gemaakt. Wij steunen de maatregelen van de regering zoals die voor ons liggen, maar ook in dit specifieke geval pleit ik voor beperking van fiscaal instrumentalisme.
Nagel (50PLUS):
De huidige coalitie met zijn hulptroepen is erop uit om hoe dan ook de financiën rond te krijgen en is weinig geïnteresseerd in wat dit voor individuele burgers betekent. De afgelopen weken zijn de Eerste Kamerleden overstelpt met brieven van bezitters van de zogenaamde oldtimers. Het zijn vaak ontroerende brieven met als harde kern: ons was vrijstelling beloofd, dit is geen betrouwbare overheid. De oude schichten worden bovendien onverkoopbaar. Is het juist dat de vrijstellingsgrens voor oldtimers in de meeste Europese landen niet zoals in Nederland op 30 jaar is gesteld, maar op 40 jaar? Als deze vraag bevestigend wordt beantwoord, ben ik benieuwd hoe dit dan in het Europese denken past.
Van Boxtel (D66)
Tot slot vraag ik de staatssecretaris of hij de behandeling van zijn belastingplan in deze Kamer als een formaliteit beschouwt.
Ik hoop en verwacht dat het antwoord van de minister op deze vraag ontkennend zal zijn. Echter, als de staatssecretaris deze Kamer, haar leden en deze verhandelingen op waarde schat, waarom ontvingen dan de eigenaren van oldtimers keurig een brief met een aangekondigde verhoging onder het beslag van goedkeuring door de Eerste Kamer, en kregen gashandelaren op 6 december jongsleden al de nieuwe accijnstarieven zonder de mededeling dat deze nog niet zijn goedgekeurd door de beide Kamers van de Staten-Generaal? Uiteraard is 1 januari 2014 erg nabij en doet de Belastingdienst er verstandig aan verhogingen tijdig te communiceren. Desondanks was een vermelding dat deze verhoging onder voorbehoud is totdat de Eerste Kamer die ook heeft goedgekeurd, wel op haar plaats geweest.
Er zou vandaag gestemd worden over de motie Van Strien, maar dat lijkt allemaal flink uit te lopen.
Groeten,
Franc.
Defender 90 '85 RHD, groen met nu een gegalvaniseerd chassis, werkeloos....
Range Rover Classic 3.5 V8 '85 LHD, groen sinds kort op Benzine